Het is geen verrassing dat de eerste Belgische praline in Brussel werd gecreëerd.
In 1857 opende Jean Neuhaus een apotheek in de prestigieuze Brusselse Koninklijke Sint-Hubertusgalerijen.
Om zijn medicijnen een betere smaak te geven, deed hij een dun laagje chocolade eromheen.
Jean Neuhaus Jr., erfde de passie van zijn vader voor chocolade en kwam met het ingenieuze idee een verrukkelijke zachte vulling te gebruiken in plaats van de medicijnen.
Zo ontstond in 1912 de praline.
Bovendien creëerde Louise Agostini, de vrouw van Jean Heuhaus Jr., in 1915 de eerste 'ballotin', een geschenkdoos met een lint errond, waarin de pralines werden verkocht.
Zo werden de Belgische pralines als een echte verwennerij gepresenteerd.
De volgende jaren kende de praline in België een hoge vlucht, toen chocolatier Charles Callebaut in 1925 ontdekte hoe hij vloeibare chocolade kon vervoeren.
Tien jaar later creëerde Basile Kestekidès (een familielid van de stichter van Leonidas), de legendarische Manon: een grote praline op basis van botercrème met koffiesmaak, met een laagje witte chocolade eromheen.
Die heerlijke lekkernij is vandaag nog altijd populair.